Kendo
Laatst heb ik het over Kendo gehad Ik wil hier zelf les gaan geven, hoewel ik zelf nog maar net begonnen ben zal ik boven de poolcirkel wel de beste zijn. Maar zonder gekheid, ik kan ze hier in ieder geval leren wat ik kan en ik kan zelf verder leren als ik iemand heb om mee te trainen, zonder tegenstander is het lastig. Voor de mensen die niet weten wat Kendo is heb ik hier informatie van Wiki. Gehaald, de foto’s zijn van mij en mijn leraar en mede kendoka.
Kendo (剣道) (Japans: ken, zwaard; do, manier, kunst) is een Japanse zwaardvechtkunst die in de 16e eeuw is ontwikkeld om een groot aantal verschillende technieken te verenigen. Sinds 1975 wordt het concept van kendo als volgt verwoord: "het disciplineren van het menselijk karakter door het toepassen van de principes van Katana". Kendo is dus oefening in zelfdiscipline terwijl kenjutsu daarentegen een echte gevechtstechniek is.
Vechtkunst
Kendo wordt onderwezen met "zwaarden" gemaakt van gespleten bamboe, (shinai) geheten. De beoefenaar (kendoka) draagt een uitgebreid beschermend harnas (Bogu). Bij het kenjutsu en 'kendo kata' worden boken (houten zwaarden) en katana (stalen zwaarden) gebruikt. In het moderne kendo zijn twee soorten aanvallen: slagen en stoten. Slagen zijn alleen toegestaan op bepaalde delen van het lichaam: de bovenkant en slapen van het hoofd, de rechter- en linkerzijde van het lichaam en de onderarmen. Stoten mogen alleen op de keel zijn gericht; of op de bovenkant van de borstplaat, bij wijze van verdediging, of om de tegenstander weg te stoten om daarna naar bijvoorbeeld het hoofd aan te vallen. Aangezien een verkeerd geplaatste stoot op de keel verwondingen
Bij wedstrijden worden alleen punten toegekend wanneer de aanvallen goed, gecontroleerd en vastberaden worden uitgevoerd. Ook moet de aanvaller met een (Japanse) kreet (kiai) aangeven welk lichaamsdeel hij aanvalt. Wanneer bijvoorbeeld het doel het hoofd van de tegenstander is, moet de kreet "men" worden geslaakt. Bij een aanval op de pols moet "kote" geroepen worden Een aanval op de romp gaat vergezeld met do en bij een stoot op de keel van de tegenstander moet "tsuki" geroepen worden. Winnaar is degene die als eerste twee punten (ippon) scoort. De Internationale Kendo Federatie (IKF) is opgericht in 1970 en heeft leden in 44 landen. Iedere 3 jaar worden wereldkampioenschappen gehouden.
Geschiedenis
Twee eeuwen voor Christus waren in
Onderwijs in de schermkunst
Er waren rond deze periode echter nog geen scholen die in schermkunst onderwezen. Het oefenen met bokuto, houten zwaarden, dateert echter van het jaar 400 AD. Dit werd dan na verloop van tijd "tachikaki", de manier om het zwaard te trekken, wat dan weer evolueerde naar "tachiuchi", gevecht met het zwaard, wat in de 8ste eeuw gebeurde, toen er een stijgende tendens was in verband met het beoefenen van "kenjutsu" (剣術=de kunst van het zwaardvechten). Het zou pas in de 15de eeuw zijn dat er scholen werden opgericht en lokale zwaardtechnieken verenigd zouden worden in verschillende stijlen. Geleerden hebben 5 zulke lokale tradities die in de 15de eeuw ontstonden ontdekt:
-In het Kashima-Katori gebied ontstond de Shintou-ryu (Shintou stijl) of Kashima-no-tachi (zwaard van Kashima) traditie.
-In het gebied van de hoofdstad ontstond de Kyoryu (Hoofdstedelijke stijl) of de Kyohachi-ryu (8 stijlen van de hoofdstad) traditie.
-In het gebied van Hyuga in
-In het gebied van
-In het Noordoosten ontstond de Nen-ryu traditie.
Zo begon het "kenjutsu" steeds meer aan populariteit te winnen en werd de "katana", het japanse zwaard, het symbool en de ziel van de lokale samurai.
Van kenjutsu tot kendo
15de tot 16de eeuw

17de tot 18de eeuw
In de 17de eeuw werd Ittosai Ito Kageshira beroemd om zijn onovertroffen schermkunst en zijn diepgaande filosofische denkwijze. De naam "Ittosai" (1 zwaardman) had hij zichzelf gegeven en hij heeft bovendien de Itto-ryu school (de 1 zwaard school) opgericht. Deze school bestaat ook vandaag nog en oefent een enorme invloed uit op het moderne Kendo.
Op het begin van de 17de eeuw echter brak er een langdurige periode van vrede aan door het Tokugawa Shogunaat en de samurai kregen niet meer veel kans om hun zwaardkunst toe te passen op het slagveld. Dus begon men te duelleren, dikwijls fataal eindigend. Daarom begon men aan de ontwikkeling van beschermend materiaal. In het midden van de 18de eeuw ontwikkelde Chuto Nakanishi de moderne 4-delige shinai en de kote (pantserhandschoenen). De Men (helm) en de Do (borstharnas) volgden en tegen het einde van de eeuw was het oefengerief ongeveer volledig ontwikkeld tot hetgene we vandaag kennen.
Kendo tijdens de Meiji Restauratie
De samurai en traditioneel Japanse schermkunst kende zijn moeilijkste tijd tijdens de Meiji omwenteling. Van 1868 tot in de jaren 1880 probeerde de regering namelijk Japan volledig te moderniseren ten koste van alle oude tradities en dus ook ten koste van de samurai en de schermkunst. Talloze schermscholen werden gesloten en er werd een algemeen verbod uitgevaardigd op het dragen van zwaarden in het openbaar. In die tijd was het bijzonder moeilijk voor het kenjutsu om te overleven. Niet alleen waren er de wetten tegen het dragen van zwaarden maar ook de invoering van moderne wapens deed de schermkunst geen goed. Wat nut had het immers om met een katana tegen een houwitzer te vechten? Vele samurai die vasthielden aan de oude waarden werden vermoord of namen deel aan rebellies en kwamen zo om het leven. Tevens werd het samurai enorm moeilijk gemaakt zich aan de bushido te houden door bovengenoemde wetten, wetten tegen zelfmoord en tegen het dragen van de samurai-specifieke haarknot. De bushido was met het uitsterven bedreigd evenals de zwaardvechtkunst.
Kenjutsu overleeft
Toch bleef een groot deel van de Japanners hardnekkig aan kenjutsu doen. Scholen gingen door in het geheim en al was het aantal leerlingen enorm geslonken, toch gaven de oude zwaardmeesters hun trouwe leerlingen niet op. En uiteindelijk gaf de Meiji-regering toe en werd in 1872 aan Sakibara Kenkichi toegestaan om de Gekken Kaisha (scherm genootschap) op te richten, publieke demonstraties te geven en zelfs openlijke toernooien te houden. Deze bewezen zichzelf als zeer succesvol en zo ontstonden er algauw meerdere Gekken-groepen. Tevens werd bij het onderdrukken van rebellies gezien dat politieofficiers die goed konden zwaardvechten van onschatbare waarde waren, aan de andere hand was er ook de nood aan een sterker en beter opgeleid leger om met de grote wereldmachten te kunnen concurreren. En zo werd kenjutsu opnieuw ingevoerd; het had overleefd.
De Japanse politie
De toenmalige politie is waarschijnlijk een van de belangrijkste redenen dat kenjutsu overleeft heeft en dus ook dat we vandaag de dag aan kendo kunnen doen. De reden waarom is heel eenvoudig: omdat ze een compact opleidingssysteem nodig hadden voor nieuwe recruten, voerden ze gestandaardiseerde technieken en regels in en hebben ze zo een grote stap van de verschillende traditionele zwaardvechtstijlen genomen naar de meer homogene en sportievere variant van het zwaardvechten dat uiteindelijk bekend geworden is als kendo. De Tokyo Metropolitan Police is in 1879 begonnen met hun promotiecampagne voor het schermen, en hebben zo meegeholpen het zwaardvechten te redden.
Kendo tijdens de vorige eeuw
Kendo wordt geboren
Kendo tijdens de 2de Wereldoorlog
Kort voor het begin van de 2de Wereldoorlog kwam het kendo weer in een stroomversnelling terecht. Door het groeiende fascisme en ultra-nationalisme in Japan werd het land grondig gemilitariseerd. Ook het onderwijs ontsnapte hier niet aan en onderging nationalistische veranderingen in het leersysteem. Alles wat Westers was werd met argwaan bekeken en zelfs als "slecht" en "verwijfd" beschouwd. Japan was de maat van alle dingen. Er werd ook weer nadruk gelegd op de confucianistische leer en ook de bushido (武士道) kreeg weer veel belangstelling. Dit hield natuurlijk verband met kendo, en de sport werd de nationale sport van Japan. Elke school kreeg als lichamelijke opvoeding kendo, en de sport was hyperpopulair. Ook het leger kreeg een opleiding in de Japanse zwaardvechtkunst. Later zouden de geallieerden horror-verhalen over de Japanners vertellen; hoe ze na in een hoek gedreven te zijn "allen hun zwaard trokken en zich als demonen op de soldaten te storten". Zo bang was men in het westen van het Japanse zwaard dat men tijdens de oorlog duizenden (!) katanas confisceerde en opborg zodat de Japanners minder kans hadden ze in te zetten tijdens gevechten. Ook de beruchte kamikaze-piloten droegen in hun vliegtuigen hun katana met zich mee.
De bezetting
Na WO II kreeg kendo te maken met de Amerikaanse bezetting. De Amerikanen, die natuurlijk hadden gezien wat de Japanse militairen konden met hun zwaarden, begonnen kendo te depromoten. De sport werd als ondemocratisch bestempeld en zelfs de toenmalige Japanse regering stemde daarmee in. Tenslotte werd kendo in het openbaar helemaal verboden en kreeg het te maken met een crisis vergelijkbaar met die het tijdens de Meiji-restauratie al had overwonnen.
Kendo overleeft
In 1957 echter, door enorme promotie van kendo-enthousiasten, werd de discipline terug in ere hersteld. In het zelfde jaar werd de All Japan Kendo Federation opgericht die tot vandaag de dag bestaat. Zo werd kendo weer de volkssport nummer 1 en werd het weer algemeen aanvaard als een nationale schat. Het werd echter nu niet meer beschouwd als een manier met het zwaard te vechten maar als een weg om aan zijn spirituele en fysieke energie te werken en zichzelf constant te verbeteren.
In 1970 werd dan de International Kendo Federation in het leven geroepen en kendo begon zich te verspreiden naar andere landen waaronder Canada, Brazilië, Engeland, Frankrijk, Korea, de Verenigde Staten, België, Nederland, Duitsland,... Verschillende internationale federaties werden tevens opgericht omdat het interesse voor kendo in het buitenland maar bleef groeien. Kendo was geëvolueerd van een pure gevechtstechniek tot een allesomvattende discipline.