ffffffffffffffffffffffffffffffffffffffffffffffffffff
fffffffffffffffffffffffffffffffffffffff
fffffffffffffffffffffffffffffffffffffffffffffffffffffffffff
fffffffffffffffffffffffffff
fffffffffffffffffffffffffffffffffffffffffffffffffffffff
fffffffffffffffffffffffffffffffff
ffffffffffffffffffffffffffffffffffffffffff
fffffffffffffffffffffffffffffffffffffffff
ffffffffffffffffffffffffffffffffffffffffffffff
fffffffffffffffffffffffffffffffffffffff
ffffffffffffffffffffffffffffffffffffffffffffffffffffffffffffffffffffffffffffffffffff
ffffffffffffffffffffffffffffffffffffffffffffffffffffffffffffffffffffffffffffffffffff

donderdag 5 april 2007

stoplicht


Dus twee paspoorten is een probleem in Nederland zelfs als het mensen betreft die al lang bewezen hebben goede Nederlanders te zijn, die twee kamerleden. Het gaat mij natuurlijk niet om die paspoorten en al helemaal niet om een of andere bewijsvoering dat je een goede Nederlander bent, wat is een Nederlander? Nederland is een delta gebied waar een paar grote rivieren samenkomen en is gelegen op een groot stuk land (Europa en Azië). Sinds een heel klein gedeelte van de ouderdom van dit stuk land op deze aarde lopen er hier mensen rond, hoogstens 50000 jaar. Maar van iets dat je in deze delta Nederland kunt Noemen is pas een paar honderd jaar sprake. In die paar honderd jaar hebben we een paar grote oorlogen gehad waarin bewoners van een bepaald gebied aanspraak maakte op meer omdat ze beter waren, omdat ze op dat specifieke stuk grond leefden, nationalisten noemen we dat. Het heeft miljoenen doden gekost en daarna hadden we met zijn allen zo iets van “dit mag niet meer”. Weg met het nationalisme maar laten we het voorlopig maar bij Europa houden, op naar een verenigd Europa. Een verenigde naties werd wel op gericht als opvolger van de volkerenbond maar heeft niet als doel een groot verenigde wereld. Maar in de toekomst zou Europa één moeten worden en voor het grootste gedeelte van de twintigste eeuw was het jaar 2000 de toekomst en dan zouden we een heel eind op weg moeten zijn. Maar wat gebeurt er, in het kleine delta gebied zijn ze weer op de terugweg en zijn er weer meer nationalisten onder de bewoners in dat gebied dan aan het einde van de twintigste eeuw. Het is dat de Duitsers niet hebben gewonnen en dat het onderwijs tegenwoordig steeds slechter wordt maar anders zou waarschijnlijk een groot gedeelte van de deltalanders roepen “haben sie ein ausweis?" "Nei zwei""… raus”. Maar ja, wie ben ik om zo te denken over dit armlastig landje, ik hoorde gisteren op radio 1 dat de deltalander de afgelopen 5 jaar 13 % rijker is geworden maar zich niet beter voelt, en dan hebben ze een regering die nu zegt de oplossing te hebben en dat is hard inzetten op groei, nog meer groei want die cijfers die kloppen vast niet en groei, dat is hun mantra en daar houden ze het bij. En het is waar, kijken vanuit het hoogde noorden is mij inderdaad opgevallen dat goed, gelijk is aan financiële groei, meer spulletjes om te hebben. Dus de Deltabewoner (Nederlander), sinds het weldoorvoed is en alle natuurlijke gevaren heeft overwonnen, weet niet met die vrijheid om te gaan (voeding is er en de natuur hebben we onder controle). Vrijheid is ook niet gemakkelijk, in je jeugd bepaalde je ouders je grenzen en later werden dat je vrienden, je sociale omgeving, je ouderschap. Maar stel je is voor dat niemand je verteld wat te doen, en niemand verteld je dat nu natuurlijk, het is geen persoon die onze vrijheid beknopt. Een voorbeeld, we weten allemaal dat je bij een rood stoplicht moet stoppen, het is een beperking van onze vrijheid maar er is niet een persoon die ons dat verteld, het is onze samenleving die ons dat opdraagt. En universeel is het niet, dat weet iedereen die wel is in andere landen is geweest. Wat we moeten en niet moeten wordt voor een groot gedeelte op deze manier, je zou kunnen zeggen, aan ons voor gedaan door de maatschappij waar je in leeft. Het is op een bepaalde manier heel fijn op die regels te hebben, het kan bepaald vermoeiend zijn om iedere keer bij een stoplicht in vrijheid te moeten kiezen wat te doen (en hoe maak je dat duidelijk aan die auto die er aan komt wat jou beslissing is dit keer). Dus, even recapituleren: in het delta gebied hebben we voeding en veiligheid en vaste gewoontes (stoplicht), dus over ons eten hoeven we ons niet meer druk te maken we worden ook niet meer aangevallen door struikrovers en we zijn het met zijn allen eens over een hoop gewoontes. Wel, iedereen weet dat het stellen van (regels/gewoontes) je meer vrijheid geeft, lijkt misschien een contradictie maar denk maar weer is aan dat stoplicht, als je iedere keer moet gaan denken wat te doen in die situatie voor dat stoplicht dan beperkt dat jou iedere keer in je vrijheid, het stoplicht dwingt jou tot een keuze. Is het nou een gewoonte geworden om te stoppen voor het stoplicht dan moet je fysiek wel stoppen voor het stoplicht –en beperkt het je vrijheid- maar geestelijk blijf je vrij en ik denk dat geestelijke vrijheid toch te prefereren is boven fysieke vrijheid. Dus nog een keer recapituleren: we hebben voeding, veiligheid en regels dus veel geestelijke vrijheid. Is dus goed zou je zeggen maar er treed weer iets raars op. We zijn ooit begonnen met het zorgen voor onze voedselvoorziening en veiligheid omdat het gebrek daaraan onze (fysieke en geestelijke) vrijheid te veel beperkte, tegelijkertijd zijn we ook regels gaan invoeren en zijn zo onze gewoontes ontstaan, weer om onze onvrijheid op te heffen. Het lijkt er echter op dat ons streven van uit onvrijheid naar vrijheid ergens is blijven steken. Waar precies weet ik ook niet maar het lijkt dat we in de jaren 70 van de vorige eeuw een hoogtepunt hebben bereikt van vrijheid, de grenzen werden overal op gezocht maar op een of andere manier is dat niet bevredigend geweest. Na de jaren zeventig is het richten op uiterlijk en het materiele als een soort van reactie gekomen. Alsof de vrijheid te vrij was en de mens niet wist wat te doen (voor dat stoplicht) en zich daarom maar weer is gaan begrenzen door aan allerlei conventies te gaan voldoen zoals hoe er uit te zien (mode) en wat te bezitten om een volledig mens te zijn (materialisme/kapitalisme). Het huidige gedrag van de Deltalander lijkt dus een normale reactie om het teveel aan keuze te beperken en zich puur te richten op het consumentisme (stoppen voor het stoplicht), meer geld is de regel en dat maakt mij gelukkig, dat wordt van links tot rechts en van hoog tot laag verkondigt en als hoogste waarheid gezien. En inderdaad klopt dat met wat ik hiervoor schreef over vrijheid en dat regels geestelijke vrijheid verschaffen, de burger in het deltaland voelt zich ook geestelijk vrij. Dat ze er lichamelijk qua kleding en interieur allemaal het zelfde uit zien dat is het bij effect daarvan en dat de kapitalistische geest ook iedereen in het bezit heeft zou je misschien ook nog als een vorm van lichamelijkheid kunnen zien (hoe weet ik nog niet precies) maar waarom voelt het dan niet goed?


Het stoplicht: Ik loop op de weg af waar ik wil oversteken, ik heb geleerd dat het niet prettig is om in aanraking te komen met auto’s maar ik heb geen haast dus ik hoef niet snel aan de overkant te zijn. De automobilist in de auto heeft ook geen haast maar ziet dat hij al te dichtbij is om nog te stoppen (zou hij stoppen dan zou het weer optrekken zoveel meer energie verbruiken dan dat een wandelaar dat doet als hij weer optrekt) dus rijd hij rustig door en groet mij en ik groet terug maar de automobilist 100 meter achter hem heeft zijn voet van het gas gehaald en rolt zo verder mij genoeg tijd gevend om oversteken. Ik als wandelaar die een weg nadert heeft wel niet de duidelijkheid dat een stoplicht geeft en de bijbehorende vrijheid maar de interactie tussen mij en de automobilist loopt dan alleen maar via dat stoplicht, niet van mens tot mens maar van mens tot machine. Ik loop liever op een weg af waarbij ik weet dat de aankomende automobilist een (rationeel)mens is die in onze interactie op dat moment meedenkt met mij en ik met hem, we communiceren op die manier direct met elkaar in plaats van dat te doen via het stoplicht. Ik lever zo misschien wat vrijheid in maarcontact met je medemens is ook wat waard. Om terug te komen op onze consumptie maatschappij, het klakkeloos volgen van de regels dat meer (geld) beter is, is als het accepteren dat we stoppen voor het rode stoplicht, het geeft vrijheid omdat zo duidelijk is waar aan te houden (iedereen doet het) maar de keerzijde is dat we nu communiceren via die regel, via die constructie. En het lijkt misschien allemaal niet zo dramatisch maar tegenwoordig is ben je niet meer iemand als je geen mobieltje of computer meer hebt, het is een eerste levensbehoefte en zelfs iemand in de bijstand denkt er al automatisch recht op te hebben. Zonder deze dingen ben je niet meer een volwaardig mens, het menszijn hangt dus af van het bezit dat je heb, geef ze is ongelijk, de regels van onze maatschappij stellen die ook. En denk niet dat je er onderuit komt als je zegt dat je niet geeft om die dingen, de pensioen fondsen in het deltaland puilen uit van het geld van al die mensen die bang zijn dat ze later misschien in materieel opzicht achterop raken, geld is gewoon het belangrijkste middel voor het gevoel van geluk en vrijheid van de hedendaagse Deltalander. Er wordt dus ook op die manier gecommuniceerd en geld is vaak het belangrijkste als je voor een nieuwe baan solliciteert en dat er dan tegenwoordig heel geforceerd wordt gesproken dat een goede collegiale sfeer ook belangrijk is geeft alleen maar aan dat de mens dondersgoed weet dat ze daar eigenlijk geen aandacht meer aan geven en dat het dan maar geforceerd ter sprake word gebracht omdat ze ergens ook wel weten dat het enige waarde heeft.


Hier laat ik het even bij, zo denk ik het te zien, hoe zie jij het? .


Niemand is meer slaaf dan hij, die zich voor vrij houdt, zonder het te zijn. Goethe

Een paar artikelen uit de universele verklaring van de rechten van de mens. De rest kun je lezen op: http://www.unhchr.ch/udhr/lang/dut.htm

Artikel 1

Alle mensen worden vrij en gelijk in waardigheid en rechten geboren. Zij zijn begiftigd met verstand en geweten, en behoren zich jegens elkander in een geest van broederschap te gedragen.

Artikel 2

Een ieder heeft aanspraak op alle rechten en vrijheden, in deze Verklaring opgesomd, zonder enig onderscheid van welke aard ook, zoals ras, kleur, geslacht, taal, godsdienst, politieke of andere overtuiging, nationale of maatschappelijke afkomst, eigendom, geboorte of andere status.

Verder zal geen onderscheid worden gemaakt naar de politieke, juridische of internationale status van het land of gebied, waartoe iemand behoort, onverschillig of het een onafhankelijk, trust-, of niet-zelfbesturend gebied betreft, dan wel of er een andere beperking van de soevereiniteit bestaat.

Artikel 3

Een ieder heeft het recht op leven, vrijheid en onschendbaarheid van zijn persoon.

Artikel 8

Een ieder heeft recht op daadwerkelijke rechtshulp van bevoegde nationale rechterlijke instanties tegen handelingen, welke in strijd zijn met de grondrechten hem toegekend bij Grondwet of wet.

Artikel 12

Niemand zal onderworpen worden aan willekeurige inmenging in zijn persoonlijke aangelegenheden, in zijn gezin, zijn tehuis of zijn briefwisseling, noch aan enige aantasting van zijn eer of goede naam. Tegen een dergelijke inmenging of aantasting heeft een ieder recht op bescherming door de wet.

Artikel 15

Een ieder heeft het recht op een nationaliteit.

Aan niemand mag willekeurig zijn nationaliteit worden ontnomen, noch het recht worden ontzegd om van nationaliteit te veranderen.