ffffffffffffffffffffffffffffffffffffffffffffffffffff
fffffffffffffffffffffffffffffffffffffff
fffffffffffffffffffffffffffffffffffffffffffffffffffffffffff
fffffffffffffffffffffffffff
fffffffffffffffffffffffffffffffffffffffffffffffffffffff
fffffffffffffffffffffffffffffffff
ffffffffffffffffffffffffffffffffffffffffff
fffffffffffffffffffffffffffffffffffffffff
ffffffffffffffffffffffffffffffffffffffffffffff
fffffffffffffffffffffffffffffffffffffff
ffffffffffffffffffffffffffffffffffffffffffffffffffffffffffffffffffffffffffffffffffff
ffffffffffffffffffffffffffffffffffffffffffffffffffffffffffffffffffffffffffffffffffff

donderdag 31 mei 2007

Bijna "nooit meer slapen"

Ha, de telefoon gaat over, hij neemt op. . .’hoi met… ,’hoor ik aan de andere kant van de lijn, ‘hoi, met … je bent nog wakker?’

‘Blijkbaar wel ja, wat bel jij zo laat?’

‘Ik kan niet slapen.’

‘Oooh wat zielig, en hoe komt dat dan?’

‘Gewoon.’

‘Hoezo gewoon?’

‘Ja, gewoon, het is nog licht.’

‘Het is nog licht, is dat het probleem?’

‘Jaaa…neee… niet alleen.’

‘Wat is er nog meer dan?’

‘Ik ben te veel vrij geweest. Ik heb al een paar weken niet meer achterelkaar 5 dagen in de week kunnen werken.’

‘Maar dat is toch niet zo erg, lijkt mij een luxe probleem.’

‘Voor jou misschien maar ik ga te veel nadenken over van alles en nog wat als ik niet wordt afgeleid en uitgeput door mijn dagelijkse gang naar mijn werk.’

‘Maar dat moet je ook niet doen.’

‘Nee, tuurlijk moet ik dat niet doen, Jezus!’

‘O sorry hoor, ik wist niet dat je kwaad werd.’

‘Maakt niet uit, ik bel jou om mijn gal te spuwen en dan zit ik niet op domme opmerkingen te wachten.’

‘Dus ik mag alleen maar luisteren?’

‘Ja. En slimme vragen stellen.’

‘Ok. Dus je piekert als je in bed ligt en je ogen dicht doet?’

‘Ja.’

‘Waar pieker je over dan?’

‘Ik pieker er over dat ik wil slapen omdat de wekker straks gaat maar het lukt niet. Ik zie stralen licht tussen de gordijnen door komen, ik weet dat, dat normaal is hier in het noorden maar dat is kennelijk niet genoeg. Sommige mensen die hier al jaren leven slapen uren minder in de zomer, ook door het licht. Ik heb een collega die pas na vier jaar gewend was aan het licht in de zomer maar ik denk dan ook meteen weer dat het door mijn werk komt. Dat ik te weinig heb gewerkt of misschien werk ik wel zo weinig omdat ik het onbewust niet zo leuk vind en dat het uiteindelijk allemaal niks uit maakt. Dan denk ik weer dat ik niet zo somber moet denken, dat komt gewoon omdat ik moe ben en wat onregelmatig heb geleefd de afgelopen dagen en dat het morgen weer hartstikke fijn is om te gaan werken. Wat natuurlijk ook zo is maar dat is aan het einde van de dag een soort van adrenaline kick denk ik dan weer die mij alleen maar goed geluimd maakt omdat ik een paar uur lang alleen maar aan mijn werk heb gedacht maar dat is eigenlijk ook weer niet want die ene collega die kan ik af en toe wel wurgen en het is helemaal geen verkeerde gozer maar…shit…iets in hem breng mijn bloed aan het koken, alsof hij mij ooit wat aan heeft gedaan, als ik in vorige levens zou geloven dan was ik een schaap geweest en hij een schotse herder, wat een eikel. En dan die vriendelijkheid van die Noren, word een keer boos godverfsrdd, ik dacht dat ik een emotionele droogkloot was maar hier kunnen ze der helemaal wat van, maar je kunt ze niet, niet mogen, ze zijn gewoon zo vriendelijk en geduldig, als lieve puppies en ik ben weer geen domme boer die, die puppies tegen een muur dood kan gooien dus ik doe maar vriendelijk mee maar misschien sloopt mij dat ook wel, dat je niet is even lekker tekeer kunt gaan, effe boos worden. En dan denk ik plotseling aan mijn toekomst, of eigenlijk het gebrek aan toekomst. Dat eigenlijk een heel positief punt is, objectief gezien heb ik natuurlijk niet veel te klagen, leuke baan met toekomst en die vriendin zal er ook wel is komen, nee materieel gezien is er niks aan het handje…maar het doet mij niks, ik geef mijn geld altijd zo snel mogelijk uit alsof er geen morgen is, ik leef mijn eigen filosofie iets te grondig denk ik wel is maar het vlees is zwak en dan weet ik dat mijn filosofie in mijn vlees zit en er nooit meer uit gaat. Ik moet dus mijn hele leven met dit ingewikkelde gedoe doorgaan bedenk ik mij dan weer. En dan zie ik die lichtstralen weer die mij wakker houden, in mijn ogen schijnen, mij irriteren. Ik hang nog een extra deken voor het raam en even is het donker maar zodra mijn ogen aan het donker gewend zijn dan staat er weer zo’n lichtstraaltje klaar en die schijnt dan door het enige overgebleven spleetje heen en schijnt al na na na nanana zingend verder en dan doe ik het licht weer aan om hem om zeep te helpen en ga ik maar weer wat lezen en rook een shagie die mij ook voor geen meter smaakt. Dat is ook zo iets, dan rook ik er één of twee per dag en misschien smaakt mij er maar één per week, waarom denk ik dat, waarom dit stomme ritueel, aan wie moet ik nog bewijzen dat ik niet verslaafd ben, dat ik kan roken wanner ik dat wil, wie houd ik nou voor de gek, ik weet het niet. En dan druk ik hem uit en zie een foto van vroeger aan de muur en bedenk ik mij waarom ik in godsnaam al die herinneringen altijd overal mee naartoe sleep en weer aan de muur hang en dan zie ik haar en dan denk ik weer aan de vrouwen, hoe ik nu weer in het zelfde schuitje beland ben als waar ik zo vaak in heb gezeten dat ik een vriendin heb maar gewoon als vriendin, te schijterig om er wat meer van te maken en te moralistisch om het niet te doen omdat ze getrouwd is, wat een… maar ik kan mijzelf dan als troost op de borst kloppen dat ik niet zo’n zwakkeling ben die zijn je weet wel achterna loopt en niet een goed huwelijk op de klippen laat lopen maar dat klopt natuurlijk niet met mijn idee van leven met de dag, alsof er geen morgen is dus dan zit ik weer in een filosofische spagaat terwijl ik in bed lig en dat is heel raar, in een spagaat zitten terwijl je ligt en dan wil ik de boel weer vergeten en doe ik mijn ogen weer dicht en het licht uit en sta, op en ga naar de wc en weer naar bed en dan uiteindelijk val ik wel een keertje in slaap maar ik word er zo moe van.’

‘Dat was het?’

‘Ja.’

‘Welterusten.’

‘Ja, dankje, jij ook,’ en ik hang de telefoon weer op.

1 opmerking:

Anoniem zei

ik vind je lief!!!!!!!
X mariek